Allen en Patty Eckman zijn een koppel die elkaar leerden kennen in het Art Center College in 1987. Samen maakten ze een ontdekking die hun leven zou veranderen: papierpulp sculpturen. Door zowel het publiek als de critici worden ze beschouwd als de grootmeesters van deze kunstvorm.

Dergelijke hoog gedetailleerde sculpturen kunnen enkel in papier worden gemaakt, ze verkopen dan ook voor tienduizenden dollars. De creaties hebben meestal als onderwerp het leven van de Native Americans, of wat wij zo verkeerdelijk de Indianen noemen. Voor hun laatste collectie hadden ze maar liefst 11 maanden nodig om het af te werken.

Het duurste stuk van Allen en Patty Eckman is het stuk genaamd: “Prairie Edge Powwow” die ging onder de hamer voor 55.000 dollar. Het beeld toont een bizonjacht met vijf jagers, dertien bizons en vier vrouwen en kinderen. Het is het vierde stuk van de collectie die een verhaal vertelt over de Lakota familie die leefden rond de heuvels van The Blackhills in South Dakota.

Ze begonnen het medium te gebruiken in 1987 omdat ze onmiddellijk de onbegrensde mogelijkheden herkenden en een middel om gedetailleerd zuurvrij werk af te leveren. Het duurde jaren vooraleer ze meesters werden in hun vak en een verzameling van hooggespecialiseerde werktuigen en materialen. Ze hadden bovendien extra veel ruimte nodig voor zaken zoals pulping stations, persen, dehydratoren en nog zoveel meer. Het maken van het speciaal papier alleen al was een jarenlange activiteit.

De keuze voor de Native Americans als onderwerp is niet louter toeval, de over-over-grootmoeder van Allen was een volbloed Cherokee. Eerst werd hun hobby hun broodwinning, nu is hun broodwinning ook hun passie. Een bijzonder getalenteerd koppel en fenomenale kunst.